Voor de lente begint

Een jaar of wat geleden geleden las ik ‘before the coffee gets cold’. Een grappig Japans verhaal over tijdreizen in een café. Er is veel meer over te schrijven, maar het is in dit geval beter om dit boekje gewoon te lezen. Overal verkrijgbaar en bijna hip te noemen. Het raakt een thema dat me regelmatig bezighoudt tijdens het schrijven. Want in welke tijd schrijf je iets, verleden tijd of uit tegenwoordige tijd? Het is een machtig gegeven dat je als schrijver bepaalt hoe je lezer door de tijd heen reist en de kunst is dan vooral omdat zo in te richten dat je lezer ook mee wil blijven reizen. Het verlangen naar een andere tijd is daarbij voor mij iets wat ik heel inspirerend vind om over te schrijven.

Hebben we dat niet allemaal, dat je wel eens naar een ander tijdstip in het leven zou willen? Meestal is het een verlangen naar iets wat je anders had willen doen, schat ik in. Maar soms willen we even in de toekomst kijken om te weten hoe ons eigen verhaal verder gaat.

Zelf leef ik naar mate ik ouder word, steeds meer bij de seizoenen. Misschien nam ik dat van de Japanners over, die er meesterlijk in zijn. De kersenbloesemtijd trekt nu van noord naar zuid over het eilandenrijk en ik geniet van de prachtige foto’s en beelden daarvan. Niet zozeer van de bloesem zelf, alhoewel die ook prachtig is, nee, ik bewonder het kunnen waarderen van de vluchtigheid van niet alleen mooie maar van alle dingen. Wabi sabi, zoals velen met mij weten: de waardering voor het vergankelijke en imperfecte. Sommigen schrijven daarbij: de ‘schoonheid van het vergankelijke en imperfecte’. Dat klopt op zich, het gaat er alleen aan voorbij dat het nu eigenlijk om de kunst van het zien van de schoonheid van het vergankelijke en imperfecte gaat.

In dit opzicht is kersenbloesem een verkeerd voorbeeld, dat is nu net naar de mening van de meeste mensen mooi. Wel vergankelijk. En omdat het zo kort duurt, is het extra leuk, dus dompelen de Japanners zich er letterlijk in onder door te picknicken onder de kersenbloesem. Het kan maar even, en dan rest slechts de herinnering en het verlangen aan de volgende keer die nooit hetzelfde is.

Maar het gaat erom dat je juist dát kunt waarderen, wat niet precies mooi is volgens het leeuwendeel, zoals een deukje in aardewerk of verandering van kleur ontstaan tijdens het bakken van het kopje, een gekke gekronkelde tak, een ingeslagen bliksem met een beschadigde boom ten gevolge, om zijn schoonheid en imperfectie- levenssporen zo je wilt. Dat is naar mijn mening de bedoeling van wabi sabi. Interessant is altijd de letterlijke betekenis: het karakter voor wabi(shii) staat voor eenzaamheid, eenzaam zijn, maar kan ook trots betekenen, sabiru: betekent verlangen naar, missen, sabishii: alleen zijn. Het begrip komt uit het boeddhisme en verwijst naar de -volgens die filosofie – drie kenmerken van het bestaan, vergankelijkheid, onbevredigendheid en zelfloosheid, met een sterke connectie naar de natuur. Uiteindelijk gaat het om het kunnen leven in het nu en daarmee het accepteren van de vergankelijkheid en imperfectie daarvan. Je moet het voelen en dan snap je het.

Toen ik in Japan zat lang -lang- geleden, had ik van dit begrip nog niet bewust gehoord, maar omdat ik het gevoeld heb, begrijp ik wat het is. Ik heb pas later het woord ‘wabi sabi’ gehoord, maar dit kan er ook aan gelegen hebben dat ik niet goed heb opgelet in de colleges. Dat had vast te maken met het leven in het nu en het naar buiten staren. Dit besef of dit bewustzijn zit in alles wat echt Japans is, maar vooral de waardering van de natuur en het natuurlijke. Vergankelijkheid maakt dingen echt.

Voor mij is de natuur het beste houvast. Ook te midden van dramatische klimaatverandering die met mij velen bang maakt en verontrust. Toch heeft de natuur naast de diepe kwetsbaarheid tegelijk een onverstoorbaarheid die te bewonderen is. Bij lente hoort die zachte zon, het breekbare lichte groen van blaadjes die lijken te twijfelen of ze willen groeien en het toch meestal doen, en zeker ook de bloesem.

Alles is er en toch miste ik de lente vanmorgen toen ik buiten liep in regen en hagel. Mijn metgezel miste die niet. Hij voelde het in zijn lijf en leden en sprong met al zijn vier pootjes in de plassen. De gaaien hier in de tuin vliegen terwijl ik dit schrijf met takjes voor een nest heen en weer, af en toe kiezen ze samen het volgende takje -vertederend!- en het goudhaantje bemachtigt gewoon een worm uit de zachte bodem tussen wat smeltende hagelstenen. Het is nog steeds lente. Vandaag schrijf ik daarom in de tegenwoordige tijd.

Before the coffee gets cold: Toshikazu Kawaguchi


Ontdek meer van Pamela Guldie

Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.

2 thoughts on “Voor de lente begint

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll Up