De zondagmorgen is een voorbeeld van een overbevolkt moment in de duinen. Ik vermijd dat liever, maar de straat is niet zo fijn voor de viervoeter. Ook hij wil graag even rennen maar wordt voortdurend ingehaald door de rennende tweevoeters die bijna struikelen over zijn lijn. De wandeling is dus vooral de lijn in en uit doen, roepen dat hij terug moet komen om de runners voorrang te geven. Dat vinden ze namelijk fijn.
Gebrek aan ruimte doet iets met ons. Al lijkt de viervoeter onverstoorbaar in het zoeken naar ruimte, ik ben dat niet. De een is er beter in dan de ander. Ruimte nemen. De spinnen voorop. Overal webben zonder dat je de bazin ziet. Maar er dan wel de hele tijd alert op zijn of ze niet ineens aan een draadje op je schouder hangt. Het is nu dus oktober en normaal gesproken kan ik de tuin niet in of ik heb spinnenwebben rond mijn gezicht. Nu vraag ik me af waar ze zijn. Is het verbeelding? Ook de vogels lijken stiller. Ze hebben toch het luchtruim en de struiken en bomen ter beschikking zou je zeggen. Maar toch zie en hoor ik weinig soorten.
Op zoek naar de basis van verbinding bestudeer ik sinds een tijdje schimmels en paddenstoelen. En er gaat een wereld voor me open. Ik had werkelijk geen idee en besef nu dat ik dat ook nooit zal hebben. Dat geeft niets, het is innig geruststellend dat het zoveel grootser is dan überhaupt voorstelbaar. Alles is verbonden, of je het nu ziet of niet. Heel soms dan voelen we er iets van, maar we zijn uiteindelijk misschien wel vrij gevoelloze wezens.
Het maakt ook dat ik anders kijk naar de tuin die om de hoek wordt heringericht. Het wordt vast prachtig, maar ook de hele bodem is omgetrokken. Een en al schimmelnetwerk is daar door een machine onderbroken. Dat klinkt erg maar het wonder is nu juist dat schimmels weliswaar geen centraal brein hebben, maar wel reuze slim zijn en megasnel. Dus hier groeit razendsnel een nieuw netwerk terwijl wij dringend moeten ontspannen in een recreatiegebied. Het is te grappig voor woorden.
Het maakte dat ik me afvroeg wat ontspanning eigenlijk is. En waarom hebben wij mensen dat zo dringend nodig? Waarom kost het leven ons zoveel energie, terwijl het feitelijk in de biologie andersom lijkt te zijn?
De mens die rent van gezin naar werk, van sportschool naar hondenuitlaatplek, van familie naar vrienden, de kroeg in naar bed en dan in de vroege ochtend van de maandag weer snel naar het werk. Dat kan dus heel vermoeiend zijn. Tenzij je doet waar je energie van krijgt, misschien wel: tenzij je doet waarvoor je bedoeld bent. Dan kun je eindeloos webben bouwen, netwerken met andere schimmels, bomen en planten en ontdekken wat je dan voor mooie systemen kunt bouwen.
Ik geloof helemaal niet dat ‘je werk je hobby moet zijn’. Maar ik weet wel dat werken duurzaam fijn is als je webben blijft bouwen en je kunt verbazen over welk moois dat oplevert. En daar hoort ook bij dat je dan obstakels overwint. Een schuurtje dat in de weg zit voor je web, dat hoeft niet weg, maar daar kun je ook een mooie route mee bedenken. Als je alleen maar obstakels tegenkomt, dan gaat er iets niet goed. Dan raak je uit verbinding.
Ik had niet gedacht dat ik de webben met bewoners ooit zou missen, maar ze zijn reusachtig belangrijk voor het ecosysteem in de tuin. Iedereen heeft zijn plekje en zijn belang, alleen begrijp ik het niet altijd. Ik denk dus dat ik uit verbinding met de spinnen in mijn tuin ben en ga vandaag eens kijken of ik de hoeveelheid obstakels voor haar behapbaar kan maken.
Ontdek meer van Pamela Guldie
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.